Aan de makers, beleidsmakers en cultuurliefhebbers van Nederland:
Statement van Kristel Baele, voorzitter Raad voor Cultuur, bij de opening van het culturele seizoen.
Dit weekend markeert de opening van het culturele seizoen, maar levert ook gemengde gevoelens op. Steeds meer mensen vinden de weg naar museum, theater en concertzaal langzamerhand weer terug. De klanken en kleuren daar grijpen ons aan, troosten ons en brengen ons weer samen. We ervaren de cultuur nu misschien wel als mooier dan ooit. We kijken er naar uit.
Helaas zijn we daarbij nog steeds aangewezen op beperkende maatregelen. Het kabinet heeft hier noodgedwongen keuzes in gemaakt. Maar ons begrip is groot voor de vele vragen over de strengere maatregelen sinds begin deze zomer. Wij delen de teleurstelling over afgelasting van diverse festivals en evenementen. Inmiddels is er voldoende expertise opgebouwd over wat mogelijk en veilig is. Helaas kan deze expertise nog niet ten volle worden ingezet. Daar mag wel een tandje bij.
Het afgelopen jaar is met name van jongeren veel gevraagd. Vorig weekend lieten tienduizenden van zich horen tijdens de ‘Unmute Us’-protesten. De roep om ruimere mogelijkheden voor festivals vond veel weerklank, maar nog nauwelijks vanuit de politiek. Dat is zeker voor de jongeren moeilijk te begrijpen. De Raad voor Cultuur vindt dat hun verzoek om meer solidariteit ons allemaal aangaat en het verdient gehoord en beantwoord te worden.
De economische terugslag van de corona-epidemie lijkt vooralsnog mee te vallen voor Nederland. Helaas geldt dit niet voor de culturele sector. Met name niet voor culturele zzp’ers en jonge makers. Zij blinken uit in doorzettingsvermogen en veerkracht, terwijl zij onevenredig hard geraakt zijn door de opeenvolgende maatregelen en de steun juist bij hen in mindere mate terechtkomt. Hun creativiteit is hard nodig. Laten we nu dus al het mogelijke doen.
—Kristel Baele, Voorzitter Raad voor Cultuur