Nieuw in 2013: Domeincommissies en kring van adviseurs
De Raad voor Cultuur wil adviezen maken met visie en durf; adviezen die een verschil maken en bijdragen aan een rijk cultureel leven. Ook wil de raad zijn subsidieadvisering in het kader van de culturele basisinfrastructuur en zijn uitvoeringsadvisering zorgvuldig en met kennis van zaken blijven uitvoeren. Omdat de raad te maken heeft met forse kortingen op zijn budget, heeft hij gezocht naar een flexibeler en doelmatiger werkwijze.
Het werk van commissieleden en adviseurs is en blijft van wezenlijk belang voor de raad. Hun bijdragen liggen aan de basis van zijn adviezen. De raad zal echter de inzet van deze deskundigen meer toesnijden op de thematiek van een advies en zal daarom het commissiestelsel flexibiliseren. De raad krijgt daarmee de trekken van een netwerkorganisatie. Met ingang van 1 mei 2013 laat de raad zich bijstaan door vier domeincommissies en een kring van adviseurs. Aan de raad blijven daarnaast drie bijzondere commissies verbonden die belast zijn met wettelijk vastgelegde uitvoeringstaken van de raad.
Domeincommissies
Het aantal vaste commissies bij de raad wordt teruggebracht van tien naar vier. De nieuwe domeincommissies bestaan uit vijf tot zeven leden, het voorzitterschap ervan rouleert. De commissieleden worden, op voordracht van de raad, door de minister van Cultuur voor een periode van vier jaar benoemd. In elke commissie is een aantal sectoren geclusterd. Het gaat om de volgende domeinen:
- Beeldende Kunst, Vormgeving en Architectuur
- Erfgoed (Musea, Monumentenzorg, Archeologie en Archieven)
- Media (Film, Letteren, Bibliotheken, en Pers & Omroepen)
- Podiumkunsten (Theater, Dans, Muziek & Muziektheater)
De vier domeincommissies moeten zorgen voor voldoende kennis van zaken in de boezem van de raad, voor voeling met het veld en voor bewaking van de continuïteit en consistentie van de advisering binnen de raad.
Kring van adviseurs
Aan de raad is ook een kring van adviseurs verbonden. De raad kan op de leden van deze kring een beroep doen voor specifieke adviestrajecten en voor de beoordeling en monitoring van instellingen in de culturele basisinfrastructuur. De kring heeft het karakter van een ‘pool’; zo krijgt de raad voldoende capaciteit om instellingen uit de culturele basisinfrastructuur te monitoren en de inzet van deskundigen meer toe te snijden op de thematiek van een advies.